JAAR 2
ADHD: een kijk achter het label
De keuze van dit vak was eigenlijk een zeer snelle keuze. Dit jaar heb ik in mijn klas een leerling met ADHD. Ongeveer dacht ik altijd geweten te hebben wat het juist is en hoe je ermee moet omgaan maar in de praktijk vind ik het toch een beetje anders. Super interessant om dan ook dit keuzevak gevolgd te hebben. Alles kwam aan bod; Wat is het juist? Wat zijn de symptomen? En wat kan helpen om het leerproces voor het kind aangenamer te maken?
ADHD is een concentratieprobleem tenzij men een focus heeft. Het staat ook beschreven als een stoornis. Koen legde uit dat het een stoornis is als het de persoon in kwestie stoort en als het anderen stoort. Anders is het gewoon een probleem. Bij ADHD bestaan er drie verschillende subtypes:
1) Aandachtsgestoord
2) Hyperactief/impulsief
3) Gemend, aandachtsgestoord en hyperactief
Kinderen met ADHD hebben vaak een enorme drang naar bewegen. Ze steken hun vinger bijvoorbeeld in de lucht zonder het antwoord te weten. Een goede manier om te bewegen, het gebeurt vanuit een impuls. Met de leeftijd daalt de hyperactiviteit maar stijgt de druk van de omgeving.
Wat ik ook zeer interessant vond tijdens de uitleg van Koen was het deel over de genetica. Vaak hebben ouders kinderen met ADHD. In de wetenschap wordt dit gewijd aan de genetische factoren. Koen meldt daarentegen dat ouders met ADHD hun kinderen opvoeden dus bepaalde gedragingen ook doorgeven. Deze kinderen hebben dan misschien bepaalde gedragingen van ADHD maar hebben niet perse de echte stoornis. Natuurlijk kan je dit niet echt weten.
Kinderen/personen met ADHD kunnen moeilijkheden hebben met:
- werkgeheugen - beperken van impulsen
- planning - emotieregulatie
- organisatie - aandacht volhouden
- timemanagement - aan de taak beginnen
- nadenken - doelgericht gedrag
- flexibiliteit
Leerlingen met ADHD hebben het moeilijk met het voorspellen van het gevolg van zijn gedrag. Vandaar dat straffen ook niet helpt. Vaak zijn ze al vergeten wat we hebben gedaan en zijn ze ook al vergeten dat ze hebben beloofd om het nooit meer te doen.
Aangezien ze het moeilijk hebben van het gedrag te voorspellen van zichzelf, hebben ze ook moeilijk met het voorspellen van het gedrag is het algemeen. Belangrijk is om voor deze leerlingen voorspelbaarheid te creëren. Op die manier krijgen ze een 'oef-effect', dat leidt tot angstreductie of angst vermindert.
Maar het allerbelangrijkste wat ik heb onthouden is ACCEPTATIE.
Acceptatie van zichzelf maar vooral van hun omgeving.